Controles grensregio’s Schengen in kaart gebracht

Schengenlanden controleren steeds meer de eigen grenzen, vooral omdat de buitengrenzen onder druk staan. De Europese Commissie (EC) ziet de controles aan de grenzen zelf echter als een noodgreep en stimuleert landen om controles in de regio’s rond de grenzen uit te voeren. Landen doen dit vooral om criminaliteit en irreguliere migratie te gaan. In de meeste landen speelt de Nationale Politie hierbij een leidende rol.

De Koninklijke Marechaussee controleert een vrachtwagen op een parkeerplaats, Eijsden. | Foto: Phil Nijhuis | Ministerie van Defensie, 2016
De Koninklijke Marechaussee controleert een vrachtwagen op een parkeerplaats, Eijsden. | Foto: Phil Nijhuis | Ministerie van Defensie, 2016

De EC deed in mei 2017 een aanbeveling aan de Schengenlanden om politie- en immigratiecontroles in de grensregio’s effectiever in te zetten (volgens Schengengrenscode/Artikel 23). Landen zijn niet verplicht deze controles bij de EC te melden. Dit geldt wel voor de controles aan de grenzen zelf  (Schengengrenscode/Artikel 29), de EC ziet deze als een noodgreep. Landen mogen deze dan ook alleen bij hoge uitzondering toepassen, en moeten deze bij de EC melden.

In de eigen grensregio’s van de 26 Schengenlanden:

  • voeren 12 landen politiecontroles uit (Oostenrijk, Polen, Portugal, België, Tsjechië, Estland, Duitsland, Litouwen, Slovenië, Slowakije, Zweden, Italië)
  • voeren 15 landen immigratiecontroles uit (Polen, Portugal, België, Estland, Finland, Duitsland, Hongarije, Letland, Litouwen, Luxemburg, Nederland, Slowakije, Zweden, Noorwegen, Italië)
  • zijn de politie- en immigratiecontroles vooral om criminaliteit, zoals mensenmokkel, en irreguliere migratie tegen te gaan
  • zijn het toezicht op de politie- en immigratiecontroles, en de controles zelf, meestal in handen van de Nationale Politie in samenwerking met andere immigratieautoriteiten (zoals de douane)
  • ligt de wettelijke basis in de meeste landen in een combinatie van strafrecht en bestuursrecht

 

Onderzoek

  • Vergelijkend onderzoek tussen EU-lidstaten (ad hoc onderzoek op initiatief van EMN Nederland), ‘Intra-Schengen border monitoring and border control’, 22 oktober 2018

 

Dit ad hoc onderzoek is ontstaan uit het vijfjarige  onderzoeksproject ‘Getting tot he Core of Immigration: Assessing the Role of Discretion in Managing Intra-Schengen Cross-Border Mobility’.  Dit onderzoek is gefinancierd door de Nederlandse organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO) en wordt uitgevoerd onder leiding van prof. dr. Maartje van der Woude, die gelieerd is aan de Universiteit Leiden.