Nederland en het Verenigd Koninkrijk hebben het verblijfsrecht versoepeld voor ouders van buiten de EU met een kind met een EU-nationaliteit. Dit gebeurde na de uitspraak van het Hof van Justitie van de Europese Unie (EU) over de zaak Chavez-Vilchez in mei 2017. Voor andere lidstaten en Noorwegen had de uitspraak van het Hof geen gevolgen. Het beleid van deze landen was al in overeenstemming met de uitspraak.
Ad-hoconderzoek: Uitspraak Chavez-Vilchez alleen gevolgen voor Nederland en Verenigd Koninkrijk
Het Hof stelde dat een ouder van buiten de EU zonder verblijfsvergunning soms bij zijn of haar minderjarige kind mag blijven in het EU-land waar het kind de nationaliteit van heeft. Onder voorwaarden kan een ouder dan alsnog een verblijfsvergunning krijgen. De uitspraak is bekend onder de naam Chavez-Vilchez, naar de naam van een Venezoluaanse ouder die zonder geldige verblijfsvergunning in Nederland verbleef en haar zaak aanhangig maakte bij het Hof. Het Hof oordeelde dat deze ouder in Nederland mocht blijven.
Nederland en het Verenigd Koninkrijk verruimden criteria
Na de uitspraak verruimden Nederland en het Verenigd Koninkrijk de criteria voor verblijfsrecht in dit soort situaties. Voorheen kon de ouder van buiten de EU geen verblijfsvergunning krijgen als de Nederlandse of Engelse ouder bereid was de zorg voor het kind op zich te nemen. In Nederland en het Verenigd Koninkrijk is dit nu wel het geval. Daarmee is het beleid van beide landen nu meer in overeenstemming met dat van andere EU-lidstaten.
IND toetst band tussen kind en ouder
In Nederland toetst de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) nu ook of sprake is van een afhankelijkheidsband tussen kind en ouder van buiten de EU die in Nederland verblijft. De IND beoordeelt:
- of het kind gedwongen zou zijn de ouder te volgen naar het land buiten de EU, mocht de ouder geen verblijfsvergunning krijgen
- of de ouder ook daadwerkelijk zorgtaken uitvoert
Onderhoudsplicht in België en Frankrijk
België en Frankrijk stellen een onderhoudsplicht als voorwaarde voor het verlenen van verblijfsrecht aan een ouder van buiten de EU. De verzorgende ouder moet bijvoorbeeld in staat zijn alimentatie of kosten voor levensonderhoud op te brengen. In Frankrijk geldt dit sinds de geboorte van het kind en/of over een periode van twee jaar voorafgaand aan de aanvraag.
Aantallen aanvragen
België en Nederland gaven als enige lidstaten inzicht in het aantal aanvragen per maand van ouders die bij hun kind in de EU willen blijven. In Nederland gaat het ongeveer om 250 aanvragen per maand op basis van de uitspraak Chavez-Vilchez, in België om ongeveer 350 per maand.
> Vergelijkend onderzoek EU-lidstaten (benchmark): Impact of 2017 Chavez-Vilchez ruling, 31 mei 2019